|
|
|
|
|
Ben een verslaafde lezer, vergeelde portretten van Breton de Nijs, De heren van de thee=[Hella Haasse]Fabricius, Couperus
Goeie topic, kunnen we ervaringen delen
|
|
|
|
On 25-09-2006 21:13 merapi wrote: Ben een verslaafde lezer, vergeelde portretten van Breton de Nijs, De heren van de thee=[Hella Haasse]Fabricius, Couperus
Goeie topic, kunnen we ervaringen delen
|
Ik was een verslaafde lezer maar heb er nu geen tijd meer voor, sinds mijn man met pensioen is en de kinderen kinderen hebben gekregen heb ik het drukker dan ooit.
Naar aanleiding van een ander topic een week geleden of zo heb ik het boek van Mochtar Lubis weer uit de kast gehaald, land onder de regenboog en ben van plan als ik tijd heb om het weer eens te lezen om te zien hoe ik er nu tegen aan kijk na zoveel jaren
Groet Yoke
|
Het zou in de wereld heel wat vrediger toegaan als men minder op elkaar zou letten en meer op elkaar zou passen
|
|
|
|
Hi Yoke, ben ook een verslaafde lezer,
Het Land van de Regenboog is mooi; hij heeft zijn geboorteland lief.
Het Kampdagboek van Lubis is ook de moeite waard, hij beschrijft een donkere periode in zijn leven
Rob Nieuwenhuys: een beetje oorlog, ookTussen twee vaderlanden, prachtboeken.
Nieuwenhuys en Lubis weten een sfeer te creeeren, het is of je erzelf bij bent, zonder in overdrijving te verzanden
|
|
|
|
Selamat Hagen, probeer op Marktplaats, wie weet? onder gezocht plaatsen.
Heb wel het boekje van Joop van den Berg:""Soebatten, sarongs en sinjo""s
Het Petjoh komt hierin ook ter sprake
Selamat
|
|
|
|
Hallo Merapi,
Heb ik al gedaan.
Maar wat vraag je voor hetgene wat je hebt?
Ik ben eigenlijk een echte Zeeuw hoor,maar dat Petjoh is zo leuk.
Wekelijks ga ik naar een bejaard echtpaar en de man des huizes praat zo.
Ontzettend leuk is dat.Maar niet te duur hoor het is alleen voor de heb.
Umberto
|
|
|
|
|
Nee hoor, vraag voor het boekje 2 eurotjes en verzendkosten: 1,57
Boekje is in nieuwstaat,
Ik hoor het wel
|
|
|
|
Ik heb een vraagje, heb een prachtige platenatlas uit Nederlands Indie, Weltevreden [Java 1927] maar de rug ligt los.
Zelf durf ik het boek niet te herstellen, is helemaal met de hand ingenaaid.
Weet iemand een goede boekbinder?tegen een niet te hoge prijs?
Terima kasi bancak
|
|
|
|
Goed mag zenden.
Kijk op de website van de stichting en je vind het adres.
Maar zend me je adres ivm cash geld.
Dan heb je ook post van mij terug.OK ?
Bedankt hoor.
Een blije Umberto.
|
|
|
|
|
Ik kwam er niet uit, geef je mijn email adres:wa.gorgel  wanadoo.nl
Sorry, ben echt een PC analfabeet,
Het boek zal ik zsm opsturen, neem even contact op
|
|
|
|
Ben bezig met Indische duinen te lezen, van Adriaan van Dis,
wat een prachtboek!
Een aanrader voor wie het nog niet kent
|
|
|
|
zzijn er zo weinig lezers onder de forum leden?
|
|
|
|
Ik ben nog altijd niet klaar met mijn boek over de Molukse Acties. Daarna ga ik verder in een Engelstalig boek, dan kom ik me hier wel weer even melden.
|
Ho Lee Fuk
|
|
|
|
het boek mevr. mijn moeder van yvonne keuls was voor mij heel herkenbaar.
zelf zoek ik het boek spruitjes met sambal. Wie kan me helpen?
|
|
|
|
Mevrouw mijn moeder is inderdaad een indrukwekkend boek, heb het in een keer uitgelezen.Zonder haar moeder echt te beledigen, maar wel kritisch schetst Yvonne Keuls een mooi beeld van de voor-oorlogse generatie, binnen bepaalde kringen.
Jammer aan ""sambel met spruitjes"" kan ik je niet helpen.Kijk op Marktplaats, ook een advertentie zetten ""gezocht""
Lukt vast en zeker.
Succes!
|
|
|
|
Mijn boek 'de Molukse Acties' is inmiddels uitgelezen. Goed boek met erg veel achtergrondinformatie. Zeker handig voor diegenen die er niets mee te maken hadden of pas van na die tijd zijn (hehe). Het duurde even voordat het uit was, dat had niets te maken met het feit dat het saai was, maar simpelweg omdat ik geen tijd had.
|
Ho Lee Fuk
|
|
|
|
Inmiddels ben ik begonnen in:
Merdeka Square
Kerry B. Collison
Tense, intelligent and gripping. Merdeka Square presents a rich portrayal of the terrifying crisis which brought General Suharto to power, and the deadly aftermath which claimed more than one million lives throughout the Indonesian Archipelago.
Was 'the coup' the work of communists, President Soekarno's own symphathisers, the US backed Council of Generals, or simply a master-stroke by the ambitious General Suharto?
Merdeka Square explores an exotic, shadowy worls, mixing undoubded fact and exciting fiction in an intoxicating form that will fascinate both Asian and European readers.
|
Het is zeker een fascinerend boek. Hoewel ik niet veel tijd heb, ben ik al wel bijna halverwege en heeft het me geen moment verveeld of wat dan ook. Hoewel het boek in het Engels is, is het voor mij prima te volgen, dit in tegenstelling tot sommige andere boeken waar ik zelfs een woordenboek bij nodig had.
Er worden wel wat specifieke termen gebruikt, maar als je goed leest, dan worden ze allemaal netjes verklaard op het moment dat je ze nodig hebt.
SID HARTA Publishers
|
Ho Lee Fuk
|
|
|
|
On 09-10-2006 23:18 jokebro wrote: het boek mevr. mijn moeder van yvonne keuls was voor mij heel herkenbaar.
zelf zoek ik het boek spruitjes met sambal. Wie kan me helpen?
|
Heb gisteren nog een exemplaar gekregen vd schrijfster Ibu Tri Heryati Pulandari. Boek is uitverkocht. U kant haar een mail sturen (zie http://www.javanen.org/index.p(...)iew&id=274&Itemid=94) , misschien dat ze nog 1 uit haar eigen kollektie kan missen.
|
|
|
|
Heb inmiddels het boek van Mochtar Lubis gelezen:Harimau en het Kampdagboek, was er behoorlijk onder de indruk van.
Wie kan mij helpen aan het boek van Lonny Gerungan: De Stille kracht van de Indonesische keuken??
Ooit uitgeleend, niet meer teruggezien.
|
|
|
|
In mijn plaatselijke bibliotheek kwam ik van de week dit boekwerk tegen:
‘Het gestolen huis’. De stille oorlog tegen de Papoea’s, door Joop Verstraten.
Het betreft een verslag van een reis naar Papua Barat – voorheen Irian Jaya – maar vooral het verhaal van de stelselmatige onderdrukking en uitroeiing van de Papua’s door de Indonesiërs sinds de machtsovername in 1962.
Het is geen vrolijk boek geworden want wat de auteur hier beschrijft is een beschamende opsomming aan misstanden gepleegd in dit paradijselijke stukje van de Indonesische Archipel.
In het eerste hoofdstuk Vreemde vogels spreekt Verstraten zijn verwondering uit over het feit dat in een land waarvan de meeste inwoners moslim zijn, de nationale luchtvaartmaatschappij vernoemd wordt naar een vogel uit een andere religieuze kosmos – Garuda: de mytische vogelmens van de Hindu’s, het rijdier van Vishnu.
Maar op het eiland Nieuw-Guinea, zoals het in de Nederlandse koloniale tijd heette, is aan vreemde vogels geen gebrek. Zo is er een vogel die sedert het uitsterven van de Dodo zich zonder concurrentie de lelijkste loopvogel van de wereld mag noemen:de Casuaris! Ongeveer een meter hoog, met een lichaam dat wat aan een kalkoen doet denken, een lange en obsceen-kale nek en een lelijke kop met een gemene oogopslag. Dit geheel is uitgevoerd in veel te felle kleuren en, niet te vergeten, voorzien van een drietenige poot waarmee hij in één haal de buik van een volwassen mens kan openleggen en het darmstelsel herschikken.
De Merpati is de kroonduif, een van de vele bijzondere vogels van het eiland die een sierlijke kroon op de kop draagt. In gevecht met andere vogels delft hij altijd het onderspit, dus is hij een toepasselijk symbool voor het land der Papua’s.
Op Biak vat de auteur de sfeer als volgt samen: “De straathoeken worden gedomineerd door Papua’s, die daar uitvoerig niets staan te doen. De horeca is in handen van Chinezen en de straathandel van Indonesiërs” (…) “De luid knetterende bromfietsen worden bereden door “Indonesiërs”, de Papoea’s verplaatsen zich vooral te voet of via de talloze minibusjes” (…) “De Papua’s zijn ontheemd in eigen land temidden van de voortsnellende Indonesiërs (op hun bromfietsen)”.
In de Baliemvallei, een gebied dat pas 65 jaar geleden werd ontdekt schrijft hij: “Maar ook hier, althans in Wamena, zijn de Papoea’s inmiddels in de minderheid, temidden van Javanen en andere Indonesische immigranten” (…)”Wat je de Indonesische autoriteiten ook niet kunt verwijten is dat zij veel geld en aandacht vergooien aan gezondheidszorg of infrastructuur. Dit land is veel rijker aan bodemschatten dan de Nederlandse bezetters zich ooit hebben gerealiseerd. De Indonesiërs plukken daar nu de vruchten van en halen het geld met bakken uit de bodem en uit de bossen. Dat geld verdwijnt vervolgens naar Jakarta en naar buitenlandse ondernemingen”. (…) “Papoea’s zijn net mensen” (…) “Duidelijk is echter dat er weinig reden is om de Papoea’s af te schilderen als Nobele Wilden, al is voor sommige buitenstaanders de verleiding om dat nu juist wel te doen erg groot vanwege het enkele feit dat ze zijn blootgesteld aan het kwaad dat uit Jakarta komt. Maar niemand is gediend door dat soort holle romantiek. Dat hun cultuur hier langzaam maar zeker wordt vernietigd, dat er sedert de Indonesiërs het roer in handen hebben genomen vele duizenden Papoea’s daardoor het leven hebben gelaten en honderdduizenden de grens over zijn gevlucht vormt op zich geen reden om hen te verheerlijken”. Op de ochtend van zijn vertrek ziet hij nog een lange stoet fietstaxi’s door Wamena trekken. De passagiers zijn Indonesische vrouwen, allemaal in smetteloos wit gekleed. Het blijkt een verkiezingsoptocht van een Islamitische politieke partij. “They shit in our rivers”, zegt een Papoea.
In het wingewest Timika, waar door het Amerikaanse bedrijf Freeport McMoRan kapitalen aan koper en goud wordt gewonnen bestaat ook een keerzijde van deze bedrijvigheid:
“Recent is naar buiten gekomen dat er zich rondom Timika een groot aidsdrama aan het ontvouwen is. Even buiten de stad ligt Kilo Sepoeloeh, een nederzetting waar door het leger 400 prostituees zijn ondergebracht. Volgens recente schattingen is minstens 10% van deze vrouwen seropositief. Wekelijks dalen 7000 werknemers van de mijn af naar Timika en velen doen onderweg dan even dit megabordeel aan. De besmette mannen zorgen vervolgens voor verspreiding naar de verdere omgeving. Medische hulp voor aidspatiënten ontbreekt; alleen bijkomende ziektes worden soms behandeld. Condooms – voor zover beschikbaar – worden nauwelijks gebruikt en aids-remmers worden nergens op Papoea verstrekt”.
Aan het eind van het boek constateert de auteur somber: “De Papoea’s lopen in de weg, in hun eigen huis. Wat zich hier afspeelt hebben we vaker gezien in de wereldgeschiedenis. De aanwezigheid van de oorspronkelijke bewoners is vooral hinderlijk. Het opruimen van die hinder wordt in psychologische en praktische zin vergemakkelijkt door hen te reduceren tot, ik zal maar zeggen, ondermensen. In de ogen van de Indonesiërs zijn Papoea’s dom, lui, primitief, onbetrouwbaar; ze stinken, ze zijn nog maar kort geleden uit de bomen naar beneden gekropen; ze hebben geen cultuur en ze eten varkens. De Indonesische bestuurders en immigranten kijken naar de Papoea’s zoals de Chinezen naar de Oeigoeren in Sinkiang, zoals de kolonisten van Amerika keken naar de Iroquoise en de Sioux, zoals de Afrikaanse Boeren naar de kaffers en de Engelse en Ierse kolonisten naar de Australische aboriginals. En dat is altijd met een mengeling van afschuw en vrees, af en toe ook een beetje schuld, maar altijd met minachting”.
Geen boek dus om echt vrolijk van te worden, maar schokkend en verhelderend is het wel.
151 blz.
Uitgeverij IJzer Utrecht
ISBN90 74328 74 1
|
|
|
|
|
On 25-12-2006 14:21 dangdude03 wrote:
Geen boek dus om echt vrolijk van te worden, maar schokkend en verhelderend is het wel.
|
Het zal geen leuke boek zijn , vooral als je alleen naar de feiten gaat kijken.
Toch ben ik een beetje verbaasd als ik de mening van de schrijver gaat lezen.
Hij is verwonderd dat de Indonesiers de Garuda als een van hun symbolen gebruikten.
Dat had ik niet verwacht van een Nederlander.
Kennelijk weten nog steeds veel Nederlanders niet dat de Indonesische Beschaving gebaseerd werd op 2 componenten, van de indonesiers zelfs en van de Hinduistische migranten.
Dat is ook te zien bij de tot standkoming van de eerste Sundanese (hinduistische) Koninkrijken in de buurt van de 2de eeuw na Christus.
Bekend is b.v. Salaka Nagara (Ptolomeus vermeede het al in 150 NC).
Gevolgd door Taruma Nagara(ook in west Java).
De kennis van de Indonesische geschiedenis van veel Nederlanders komt hoogstens tot de tijd van madjapahit(13de eeuw) en soms ook Sriwidjaja (Palembang e.o) in de 8ste eeuw.
Het is logisch 9maar niet juist) dat dee oorspronkelijke bewoners van Papua bijna geen kansen krijgen .
Ondank de inzet van de Centrale Regering.
Een volk(?) betaande uit concurrende stammen , kan je niet binnen 50 jaar zo maar transformeren naar de 21ste eeuw.
Kan me nog goed herinerren dat de Indonesiers , scholieren en studenten van die tijd ook vreemd vinden dat na 1963 onze nieuw broeders zo veel achter staat qua onwikkeling dat het bijna onmogelijk is om hun naar de 20ste eeuw te halen.
Toen heb je ook nog stammenoorlogen , sommige stammen zitten nog in de middeleeuwen/stenentijdsperk .
Bij de stammen oorlog worden soms de vijand opgegeten(zegt men).
Uiteraard zijn de omstandigheden nog steed niet ideaal , maar voor zover je als buiten staander de plaatselijke situatie gaat bekijken zijn er toch veel vooruitgang geboekt.De scholing , gezondheidszorg etc.
Maak maar een vergelijking hoe de papuas tot 1963 leven (onder Nederlands bewind ) , en wat ze darna tot nu toe bereikt hebben.
Hun manier van leven etc kan je niet in 2 generatie zo maar veranderen.
|
|
|
|
|
Het is logisch 9maar niet juist) dat dee oorspronkelijke bewoners van Papua bijna geen kansen krijgen .
Ondank de inzet van de Centrale Regering.
Een volk(?) betaande uit concurrende stammen , kan je niet binnen 50 jaar zo maar transformeren naar de 21ste eeuw.
|
Ik geloof dat deze stammen er nooit om gevraagd hebben om naar de 20ste eeuw getransformeerd te worden. Ze hebben niet gevraagd aan de Javanen om in hun schone rivieren te komen poepen.
Uiteraard zijn de omstandigheden nog steed niet ideaal , maar voor zover je als buiten staander de plaatselijke situatie gaat bekijken zijn er toch veel vooruitgang geboekt.De scholing , gezondheidszorg etc.
|
Sorry, maar dit noem ik echt de zaak bagetaliseren. Verstraten heeft het in zijn boek over genocide, gepleegd door de Indonesiche overheid:
Nogmaals: de gezondheidszorg is, vergeleken met de
rest van Indonesië, ver beneden peil. Dat blijkt niet al-
leen uit het ontbreken van klinieken, artsen etc. Voor zo
ver die er zijn - buiten de grotere plaatsen als Jayapoera
en Biak-stad - worden ze gerund, onderhouden en gefi-
nancierd door buitenlandse individuen of organisaties.
De gemiddelde leeftijd die een Papoea bereikt is 48 jaar en
bij sommige door transmigratie, ondervoeding en ziekte
geteisterde stammen is dat slechts 30 jaar. De gemiddelde
leeftijd in de Republiek Indonesie is 60 jaar.
Het overheidsbeleid ten aanzien van de hiervoor ge-
noemde HIV-epidemie, die in de omgeving van Timika is
uitgebroken, is op zijn gunstigst aan te merken als ver-
waarlozing. Die gang van zaken staat niet op zichzelf. In
1972 brak onder de Ekari-Papoea's een dodelijke epidemie uit veroorzaakt door een lintworm die was meegereisd met uit Bali geïmporteerde varkens.
Ironisch genoeg waren de besmette varkens aan de Ekari aangeboden
door Indonesische militairen, als een 'peace-offering', na
dat zij een opstand van deze Papoea's hadden neergesla-
gen. Kan gebeuren, zou je zeggen, en op zich misschien
geen aanleiding om daar paranoide gedachten bij te krij-
gen. Maar het treurige van deze affaire was - en daar ligt
de vergelijking met de HIV-epidemie in Timika - de enige
effectieve medicatie tegen de door deze lintworm veroor-
zaakte epidemie (cysticercosis) was door de autoriteiten
op een lijst geplaatst van medicijnen die niet mochten
worden ingevoerd. En dat bleef zo, ook al liep 25 % van
de Ekari deze aandoening op en ook al verspreidde deze
cysticercosis zich vervolgens naar andere stammen, naar
de Baliemvallei en tot aan het grensgebied met Papua
New Guinee.
Deze, door onverschilligheid of erger, gedreven ver
waarlozing van de gezondheidszorg is maar een element
uit het verwoestende brouwsel dat de Papoea's wordt ge-
serveerd. Eenzelfde verwaarlozing is te zien bij het on-
derwijs.
In sociaal-economisch opzicht worden de Papoea’s ge-
marginaliseerd: ze zijn werkeloos of krijgen alleen de
minste baantjes of worden voor hetzelfde werk slechter
betaald dan de Indonesiërs. Ze zijn nagenoeg helemaal
buitengesloten van een aanstelling bij politie, leger, be-
stuur of andere openbare functies. Hierbij maakt de In-
donesische regering dan weer graag gebruik van het ar-
gument dat de Papoea's geen of weinig onderwijs hebben
genoten. In sociaal-culturele zin worden ze al evenzeer
gemarginaliseerd, een proces dat ooit begonnen is met
hen erop te wijzen dat hun goden van inferieure kwaliteit
waren. Ze worden overspoeld met heilsleren die stammen
uit streken die meer dan 15.000 kilometer verderop liggen, ze worden numeriek overspoeld door een vreemd ras
dat hen minacht, ze worden verdreven van de gronden
van hun voorouders en van hun akkers, hun natuurlijke
rijkdommen worden geplunderd door multinationals of
corrupte militairen en politici.
Wat in deze opsomming nog ontbreekt is de sluipende
genocide. Dat wil zeggen de daadwerkelijk uitroeiing
middels opzettelijk toegebracht, fysiek geweld.
Je zou natuurlijk kunnen redeneren dat het blootstel-
len aan epidemieën waarbij effectieve bestrijding achter-
wege wordt gelaten eigenlijk al een vorm van genocide is,
zeker als daarbij boze opzet in bet spel is. Maar laten we
niet gaan muggenziften. Laten we, voor dit moment, on-
der genocide verstaan de wel bewuste fysieke aanslagen
gericht tegen bet leven van groepen van een specifiek
volk, omdat ze tot dat volk behoren - in dit geval Pa-
poea's.
Door de jaren heen zijn er bij voortduring meldingen
geweest van buitensporig geweld tegen Papoea's, zowel
tegen veronderstelde rebellen die onafhankelijkheid na
streefden alsook tegen individuele burgers of willekeu-
rige groepen mannen en vrouwen en kinderen die weinig
meer te verwijten viel dan dat ze op bet verkeerde mo-
ment op de verkeerde plaats (meestal bun eigen dorp) wa-
ren. Zacharias Sawor gaf daar al duidelijke voorbeelden
van over de periode 1962-1969. Maar dat waren roerige
tijden waarin Indonesië zich gesteld zag voor de immense
taak haar gezag te vestigen op dit opstandige eiland, vol
met pijlen en bogen en speren. En die Sawor was boven-
dien een Papoea, dus bevooroordeeld. Ja toch?
Bona fide mensenrechtenorganisaties als Amnesty In-
ternational en Human Rights Watch hebben meer dan
eens gerapporteerd over bet moorddadige optreden van
het Indonesische leger en veiligheidsdiensten tegen de
Papoea's, ook over de nu bijna 35 jaar durende periode
van na het 'referendum'. Maar het is net alsof dit niet
goed tot de wereld wil doordringen. Excessief geweld
van de Indonesische overheid - dat gaat toch over Timor,
over rebellen op de Molukken of in Atjeh? En af en toe
over het bruut uiteenslaan van een opstand van studen-
ten of extremisten in Jakarta? Maar Papoea's?
Het meest opmerkelijke hierbij is dat deze selectieve
waarneming zich ook (of: vooral) in Nederland voordoet
Veel oudere Nederlanders voelen nog altijd een zekere
emotionele en morele verbondenheid met de voormalige
kolonie Indonesië en dat gevoel blijkt ook uit het feit
dat Nederland een van de belangrijkste donorlanden is waar
het ontwikkelingsgelden voor Indonesië betreft.
Recentelijk is Indonesië door buitenlandse zakenlieden
voor het derde opeenvolgende jaar uitgeroepen tot het
meest corrupte land van Azië. Ze mogen de wisselbeker
nu dus houden. Deze prestatie vormt voor de Nederland-
se regering echter geen belemmering om, tezamen met
een aantal andere landen, elk jaar weer vele miljoenen
dollars naar Jakarta over te maken zonder dat er
noemenswaardige condities worden gesteld aan de besteding
of dat er toezicht wordt gehouden op die besteding. Zo af
en toe duikt er een rapport op waarin wordt gemeld dat
er, bijvoorbeeld, van het aan Indonesië verstrekte geld
om het basisonderwijs te verbeteren ongeveer geen
enkele euro terechtkomt op de bestemde plek. Een paar
krantenartikelen, een paar kamervragen en een sussende
toezegging van de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking
later, is alles weer bij het oude. Daar komt bij dat
onze nostalgische goedertierenheid steeds die wat diffuse,
koloniale schim betreft die nog een beetje leeft rond
'ons' Indië. Voor wat betreft de meest oostelijk hoek van
die voormalige kolonie, voor Nieuw Guinea dus, lijken
we echter aan collectief geheugenverlies te lijden, een
handjevol van de Nederlanders die daar in de '50 en
60 rondliepen uitgezonderd. Misschien is het ook wel zo
dat we er liever niet zoveel van willen weten, omdat we
ons nog altijd wat beduimeld voelen vanwege de jammer-
lijke manier waarop we de Papoea's onafhankelijkheid
beloofden om hen vervolgens in de steek te laten. Minis-
ter van Buitenlandse Zaken Luns, die man die "van de
heb" was, en stevig had ingezet op behoud van onze laat-
ste kolonie in bet Verre Oosten, zag er in 1969 ook geen
heil meer in. Tijdens een zitting van de Algemene Verga-
dering van de VN verklaarde hij dat Nederland geen pro-
leem had met de wijze waarop Indonesië uitvoering had
gegeven aan het in het Verdrag van New York overeenge-
komen referendum. Dat was geen verrassing voor wie het
eerder genoemde, recent uitgelekte memo kende dat op
de Australische ambassade opdook. Daarmee was de zaak
afgedaan en het lot van de Papoea's bezegeld. Vanaf dat
moment waren zij definitief overgeleverd aan de bestuur-
ders van de Republiek Indonesië.
De rechtenfaculteit van de gezaghebbende Yale-universi-
eit in het Amerikaanse New Haven publiceerde in het
najaar van 2003 een rapport onder de veelzeggende titel :
Indonesian Human Rights abuses in West Papua. In het 76
pagina's tellende rapport wordt bet optreden van leger,
politie en veiligheidsdiensten getoetst aan de in 1948
door de Verenigde Naties aangenomen "International
Convention on the Prevention and Punishment of the
Crime of Genocide" - dus zeg maar de internationale anti-
genocide wet.
In bet eerste deel van dit rapport, 47 pagina's lang,
geven de onderzoekers een opsomming van een groot
aantal vaak gruwelijke excessen, waarbij vele duizenden
Papoea's bet leven hebben gelaten en duizenden anderen
het slachtoffer zijn geworden van martelingen en/of wil-
lekeurige opsluitingen en nog weer ontelbaar duizenden
anderen naar het onafhankelijke Papua New Guinee zijn
gevlucht. Het is een misselijkmakend relaas, een aaneen
schakeling van ongekende wreedheden, temeer wanneer
je bedenkt dat bet maar al te vaak gericht is tegen weer-
loze dorpsgemeenschappen. Clusterbommen en napalm
op zulke dorpen, willekeurige executies, groepsgewijze
verkrachtingen, martelingen, het met bajonetten openrij-
ten van de buiken van zwangere vrouwen en het in stuk
ken hakken van uit die buiken gerukte foetussen - bet is
geen prettige lectuur. En een heel treurig kantje aan dat
Yale-rapport is dat, voor wie het wilde weten, veel van
deze excessen al bekend konden zijn uit eerdere meldingen
van andere, onafhankelijke waarnemers. Je zou bijna
kunnen zeggen dat de onderzoekers van Yale op dit punt
niet veel toe te voegen hebben. De waarde van het rap-
port ligt echter in de systematische opsomming en rang
schikking en, vooral, aan de toetsing van het daaruit ont-
stane beeld aan de anti-genocidewet van de VN.
Het rapport is van de rechtenfaculteit, en is dus opge-
steld met een juridische bril. Dat heeft, in dit gevaL grote
voordelen - maar ook een klein minpuntje. Want, zo stel
len de rapporteurs in bet tweede deel van et rapport de
vraag, het mag dan allemaal verschrikkelijk zijn, maar is
bet ook genocide? Om er dat stempel op te kunnen zetten
moet aan een aantal condities zijn voldaan. Over een van
deze condities zou dan, wellicht, discussie mogelijk kun-
nen zijn: is het een intentionele volkerenmoord, dat wil
zeggen: is het uitgevoerd met dat vooropgezette doel? En
dan zeggen juristen uiteraard: uit welke documenten
blijkt dan die opzet? Waarna de Yale-onderzoekers con-
stateren dat, wanneer je de zaak op deze wijze bekijkt, er
in de hele treurige geschiedenis der mensheid maar twee
keer klip en klaar van genocide gesproken zou kunnen
worden omdat alleen de Nazi's hun intenties jegens de Joden en,
in het Rwanda van 1994, de Hutu's jegens de Tutsi's
hun voornemen netjes op papier hebben gezet (en
de documenten bovendien de uitvoering van deze
moordpartijen hebben overleefd).
Er is, zo concluderen zij, ten aanzien van het 40 jaar
durende lndonesische bewind over de Papoea's sprake
van grootschalig gebruik van geweld: buitenrechtelijke
executies, moorden, martelingen, verkrachtingen, ver-
dwijningen. Er is verder sprake van het vernietigen van
de bronnen van levensonderhoud van de Papoea's, van de
exploitatie van hun bodemschatten, van gevallen van on-
betaalde dwangarbeid, van gedwongen deportaties al dan niet
vanwege transmigratieprojecten, van vernietiging
van de traditionele ecologische systemen, van hierdoor
veroorzaakte epidemieën en ondervoeding. Veel van deze
wandaden afzonderlijk en zeker het geheel van deze ac-
ties, vallen zonder meer onder de categorie 'misdaden tegen
de menselijkheid'. En hoewel geen van de afzonderlijke
daden dan misschien als 'genocide' - in de strikt juridische
zin van het begrip - valt aan te merken en de
intentie niet uit enig document mag blijken kan er, nog
steeds volgens dit Yale-rapport, weinig twijfel bestaan
over het feit dat de lndonesische regering zich op syste-
matische wijze heeft beziggehouden met het opzettelijk
toebrengen van leed aan en vernietigen (van een deel)
van de oorspronkelijke bevolking van West-Papoea. Op
basis van de geldende interpretaties van de anti-genoci-
dewet en de daarbij gehanteerde jurisprudentie (waaron-
der het patroon van door de lndonesische regering uitge-
voerde of juist nagelaten acties) kan, aldus de opstellers
van het rapport, geconcludeerd worden dat lndonesië
zich op West-Papoea schuldig heeft gemaakt aan genocide.
|
|
|
|
|
On 25-12-2006 19:09 dangdude03 wrote: ...
Sorry, maar dit noem ik echt de zaak bagetaliseren. Verstraten heeft het in zijn boek over genocide, gepleegd door de Indonesiche overheid:
|
Denk niet dat men zo maar de scheve zaken/misstanden in Papua kan en wil bagataliseren.
Ik in ieder geval niet , vandaar ik ik gaat reageren over het boekje .
Mss ben ik niet helemaal onbevooroordeeld , ik neem vaak kritischer houding als ik lees of hoor wat een Nederlander over bepaalde zaken mbt Indonesia schrijft /zegt.
Vooral als hij/zij met bepaalde manier gaat beschrijven.
Ik probeer natuurlijk ook mening en feiten te gaan onderscheiden.
Over feiten kan men ook op verschillende anier gaan lezen .
Over mening kan men gaan discussieren.
In di verhaal proef ik toch dat de schrijver bepaalde achtergronden mist , zijn verwondering over het gebruik van symbolen.
Ik heb dat boekje niet gelezen , maar gezien zijn mening(constatering) merk ik dat hij bijna als de oude belandas denken. De zogenaamde tempo doeloe mensen , die ook vaak niet weten hoe de Indonesische samenleving en volk tot stand is gekomen.
Ik "proef"de "oude zeer" van de periode na de kemerdekaan, de teleurstelling en de ellende van veel nederlanders/indische nederlanders toen ze na 1957 Indonesia moeten verlaten naar aanleiding van Iraian Barat kwestie.
Zoals de geschiedenis ons leert is de conflict voortgerkomen door de verkeerde keuze van de Nederlanders , i.h.b de halsstarigheid van Luns.
En dat Nld tot nu toe nog steeds niet kunnen verkropen dat de zaken daar anders liepen.
Niemand zal ontkennen dat er geweld werd gebruikt tegen opstandelingen, en het is ook bekend dat onschuldigen vaak de dupe worden.
Bij opstand werd ook vaak verhuisd , men kan niet normaal leven, ziekte , honger etc kan de slachtoffers aantal ook vergroten.
Als de schrijver een stok wil gaan zoeken om de hond te kunnen slaan , kan hij altijd vinden.
Maar het gaat echt iets te ver om allerlei verdachtmakingen te gaan uiten .
Om iets beter te kunnen begrijpen heb ook diverse buitenlandse site over de situatie in Papua.
Dat om beter te kunnen oordelen of daar genocide werd gepleegd.
Interessant om te lezen (jammer in het Indonesisch).
http://www.undp.or.id/Papua/docs/pna_indo.pdf
http://www.budpar.go.id/fileda(...)a/797_99-Papua11.pdf
|
|
|
|
|
Trotter
Van reizigers voor reizigers
Java/Bali
ISBN 90 - 209 - 6392 - 9
Een gids bedoeld, zoals de titel al doet vermoeden, speciaal voor globetrotters, of de zogenaamde ‘backpakkers’. Maar dan wel die gene die voor het eerst het tropische eilandenrijk bezoeken en het liefst alle bezienswaardigheden van de eilanden Java en Bali in een paar weken aan de lopende band willen langslopen. Het is een vertaling uit het Frans van ‘Indonésie, Le guide du Routard’ en om die reden vond ik het wel grappig dit boekje even door te bladeren. In het hoofdstuk ‘Algemeen’ komen onderwerpen als klimaat, geschiedenis, gebruiken, gezondheid en vele andere onderwerpen aan bod die wetenswaardig kunnen zijn voor de doorsnee toerist.
Een paar rare dingen vielen mij op: zo werd bij de spelling van de taal vermeld dat de letter ‘c’ als ‘tsj’ uitgesproken zou moeten worden in plaats van ‘tj’, en wordt het geld wisselen en het onderwerp travellercheques uitvoerig behandeld, terwijl geldautomaten nauwelijks aan bod komen. De nietsvermoedende budgettoerist wordt in het boekje aangemoedigd gebruik te maken van: ‘heel goedkope treinen met uitsluitend derde klas, zoals de Gayabura. Veel passagiers, geen airco (natuurlijk) en over het algemeen weinig comfort. Deze trein geniet vanzelfsprekend onze voorkeur!’ In Jakarta wordt de zuinige ontdekkingsreiziger naar het backpakkers - paradijs Jalan Jaksa gedirigeerd waar een ‘hol’ als Bloem Steen Hostel van harte aanbevolen wordt, een plek die ik tijdens mijn eerste Indotrip bezocht en waar ik nog nachtmerries van krijg wanneer ik iets verkeerds heb gegeten (Padang of zo). En in Pangandaran kunnen de trotters die blut zijn altijd nog terecht bij: ‘Rawamangun Hostel voor minder dan Rp. 15.000. De goedkoopste losmen van het dorp met Spartaanse kamers. Sanitair buiten. Ontbijt niet inbegrepen. Geen voorbeeld van netheid’.
Slechts de meest toeristische plaatsen op Java zoals: Bogor, Bandung, Pangandaran, Yogya, en Bromo worden uitgebreid behandeld, terwijl plaatsen als Cirebon en Semarang totaal niet aan bod komen. Toch worden de Badui’s, een Sundanese stam die al sinds eeuwen in afzondering leeft, wel weer beschreven en de rugzaktoerist krijgt een beschrijving hoe er te komen.
Ook Bali wordt voor zowel de reiziger met de krappe beurs als voor hen die wat meer te besteden hebben uitvoerig behandeld. Overigens deel ik wel de gedachte achter dit boekwerk dat wanneer de toerist uitsluitend in luxe hotels verblijft contact met de ‘gewone mensen’ niet zo gauw is gemaakt als wanneer men in een losmen of homestay verblijft. Al met al een leuke gids voor hen die een vluchtige kennismaking met de archipel willen aangaan, die graag unieke plekjes opzoeken, ongeacht de dikte van zijn/haar portemonee.
|
|
|
|
|
Nederland mag op zijn/haar favoriete boek stemmen door middel van de verkiezing voor het beste Nederlandstalige boek die de NPS en NRC Handelsblad dit jaar organiseren. In de voorronde waren diverse “Indische” boeken genomineerd, waaronder Het land van herkomst, van Du Perron en daar had ik het liefst op gestemd. Maar het is Max Havelaar van Multatuli als enige Indische boek gelukt om in de shortlist van tien boeken over te blijven:
· Kader Abdolah: Het huis van de moskee (2006)
· Bernlef: Hersenschimmen (1984)
· Willem Frederik Hermans: De donkere kamer van Damokles (1958)
· Willem Frederik Hermans: Nooit meer slapen (1966)
· Harry Mulisch: De ontdekking van de hemel (1992)
· Multatuli: Max Havelaar (1860)
· Nescio: De uitvreter; Titaantjes; Dichtertje (1911-1918)
· Gerard Reve: De avonden (1947)
· Thomas Rosenboom: Publieke werken (1999)
· J.J. Voskuil: Het bureau
Maar ik stem toch maar op dit meesterwerk, want daar kan je toch niet omheen. Dus ik zou zeggen boekenliefhebbers, bezoek deze site even en breng uw stem uit. Daarbij worden 25 exemplaren van Het web van de werelditeratuur, Pieter Steinz’ introductie tot ‘100 boeken met de literaire X-factor’, verloot. De stemming wordt afgesloten op 2 maart. De uitslag wordt bekend gemaakt tijdens de uitzending van De avond van het boek op zondag 11 maart om 20.30 uur:
http://www.hetbesteboek.nl/inleiding
Multatili is een meester verteller. Tijdens zijn verblijf in Indië kon hij al avonden vele mensen boeien door zijn avonturen en verhalen te vertellen. Ik denk dat hij in Max Havelaar zo'n beetje alles op een rijtje heeft gezet. Hij heeft er in ieder geval niet lang over hoeven nadenken, want ik meen dat hij het boek relatief snel heeft geschreven.
|
|
Plaats een reactie op dit onderwerp
|
Je moet ingelogged zijn om een bericht te plaatsen. Je kunt inloggen door hier te klikken.
Als je nog geen lid bent, kun je jezelf hier registreren.
|
|